Egidius Slanghen (1820-1882) – deel 3
Kunstenaar en historicus
Functies als burgemeester, secretaris, raadslid, wethouder of gemeenteontvanger moeten in de 19de eeuw gezien worden als erebaantjes, want de geldelijke vergoeding is zeer gering. Men blijft op de eerste plaats zijn beroep uitoefenen, zoals notaris, landbouwer of koopman. Zo zien we dat de burgemeesters Cremers en Mannens, voorgangers van Slanghen, respectievelijk notaris en landbouwer zijn. Slanghens opvolger Horstmans is wijnkoopman en diens opvolger Boshouwers is landbouwer.
Slanghen daarentegen heeft geen beroep en dat heeft hij ook niet nodig omdat hij zeer welgesteld is. Als burgemeester krijgt hij een zogenaamde ‘jaarwedde’ (jaarsalaris) van 80 gulden.
Vrije tijd
In zo’n klein dorp als Hoensbroek, met circa 1225 inwoners, heeft de burgemeester lang niet zo veel om handen als dat tegenwoordig het geval is en Slanghen heeft dus veel tijd over die hij kan besteden aan zijn hobby’s en liefhebberijen. In zijn vrije tijd ontplooit hij zijn creatieve talenten. Zoals eerder gezegd heeft hij het gemeentewapen van Hoensbroek ontworpen. Graveren en ivoor- of houtsnijden zijn ook een liefhebberij van hem, vaardigheden die hij zichzelf met veel doorzettingsvermogen eigen heeft gemaakt. Hij zaagt en prepareert zelf stukken hout, koperen plaatjes en ivoor. Bovendien vervaardigt hij eigenhandig zijn gereedschap zoals naalden, mesjes en fijne beiteltjes, waarmee hij het metaal, hout en ivoor zeer gedetailleerd kan bewerken.
Wanneer een werk klaar is, dan zet hij het bij zijn eigen kleine verzameling van kunstvoorwerpen in zijn huis of biedt hij het aan als geschenk aan een kunstliefhebber. Verkopen doet hij niets omdat hij, bescheiden als hij is, zijn creaties niet als kunstwerken ziet maar slechts beschouwt als resultaten van zijn vrijetijdsbesteding.
'Zelfportret', een klein houtsnijwerk gemaakt door Egidius Slanghen, een zogenoemd haut-relief.
Een haut-relief is een driedimensionale afbeelding waarvan de achterkant meestal plat is en waarbij de voorstelling volumineus is uitgewerkt, zodat deze bijna een vrijstaand beeldhouwwerkje is. De vier afgebeelde werken zijn niet groter dan een handpalm. (Foto-archief Staatsmijn/DSM, RHCL Maastricht)
Ooit heeft Slanghen koningin Sophie een soortgelijke houten ‘haut-relief’ cadeau gedaan van een vrouw bij een spinnenwiel waarop een vogeltje zit, met daarnaast twee kinderen die met een kat spelen. De koningin stuurde hem als dank een hele lieve brief en schonk hem een portret van zichzelf in een rijk versierde lijst.
Sophie van Württemberg was getrouwd met koning Willem III der Nederlanden. De koning hertrouwt na haar overlijden met Emma van Waldeck-Pyrmont (de overgrootmoeder van koning Willem-Alexander).
'De klopjacht'
'De plaaggeesten en het meisje'
'Bij het spinnewiel'
Naast zijn collectie munten en kunstvoorwerpen legt Slanghen ook een verzameling aan van voorwerpen uit Limburg, zoals meubels uit de periode van de 14de tot de 16de eeuw, schilderijen, glas- en aardewerk, maar ook beeldhouw- en snijwerk. Dit vloeit voort uit zijn fascinatie voor geschiedenis en oudheidkunde, vooral die van Limburg.
Hij onderzoekt ook actief en toegewijd het verleden en maakt veel notities. Hierbij gaat hij nauwkeurig te werk, niet met de bedoeling een complete geschiedenis van Limburg te schrijven maar om als het ware losse bouwstenen daarvoor te leveren.
Zijn aantekeningen maakt hij vrijwel nooit aan de hand van gepubliceerde artikelen. Hij raadpleegt bij voorkeur originele en vaak nog onbekende bronnen. Hij versiert graag zijn geschriften met door hemzelf gemaakte pentekeningen en schilderingen van voornamelijk wapenschilden.
Egidius Slanghen heeft naast diverse artikelen in tijdschriften ook de volgende boeken geschreven:
Het Markgraafschap Hoensbroeck gevolgd door geschiedkundige aanteekeningen over het voormalig land van Valkenburg (1859).
Bijdragen tot de geschiedenis van het tegenwoordige hertogdom Limburg, deel I (1865).
De Fransche maire in Nederlandsch kleed gestoken (1867), geschreven in navolging van het Franse boekje Le Maire du village van M. de Cormenin uit 1847.
Bijdragen tot de geschiedenis van het tegenwoordige hertogdom Limburg, deel II (1878).
Aantekeningen van Egidius Slanghen die hij zelf heeft geïllustreerd met pentekeningen. (Rijckheyt)
Egidius Slanghen is een van de oprichters van het Geschied- en Oudheidkundig Genootschap voor het hertogdom Limburg (later het Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap, kortweg LGOG). Dit genootschap wordt opgericht in juni 1863 te Maastricht. Slanghen wordt tot voorlopig bestuurslid gekozen, samen met zijn ‘neefje’ Joseph Habets en nog vijf anderen.
Twee maanden later al volgt een algemene vergadering op 23 augustus, waarbij Slanghen, Habets en G. Lamberts (oud mijningenieur) niet aanwezig zijn. Zij krijgen pas een week later te horen van hun (her)verkiezing tot bestuurslid. Lamberts neemt zijn verkiezing niet aan omdat hij voor langere tijd naar het buitenland gaat en Slanghen bedankt voor de bestuursfunctie vanwege bedenkingen die hij niet nader noemt. Zijn twijfels blijken gegrond, want later wordt bekend dat de andere vier heren de bestuursfuncties al drie dagen na de algemene vergadering onderling hebben verdeeld, dus nog voordat Slanghen, Habets en Lamberts hiervan op de hoogte waren gebracht. Niet lang daarna zegt Slanghen zijn lidmaatschap op.
In 1871 wordt Egidius lid van De Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde, gevestigd te Leiden. Deze organisatie is opgericht in 1766 als een vereniging van letterkundigen, taalkundigen en historici, met als doelstelling de beoefening van de betreffende disciplines in hun onderlinge samenhang te bevorderen. Blijkbaar voelt Egidius zich hier meer op zijn plek.
Wel publiceert hij naderhand nog verschillende stukken in Publications de la Société d’Histoire et d’Archéologie dans le Duché de Limbourg (het jaarboek van het LGOG dat sinds 1864 verschijnt) en een aantal kleine historische artikelen in de eerste drie jaargangen van De Maasgouw, weekblad voor Limburgsche geschiedenis, taal en letterkunde (eveneens uitgegeven door het LGOG sinds 1879), hoewel hij al jaren geen lid meer is van deze vereniging.
Wordt vervolgd.
Deel dit artikel
Rijckheyt Heerlen (RhH), Egidius Slanghen, Aanteekeningen-oudheidkunde: Généalogie de la famille De Lynden issue de celle D'Aspremo(nt) (ca. 1850-1870). Manuscript in bibliotheek 30 A 9.
RhH, Aantekeningen uit diverse bronnen uit de 16de en 17de eeuw, gemaakt door Egidius Slanghen (nog niet geïnventariseerd).
http://www.archivesportaleurope.net/ead-display/-/ead/pl/aicode/NL-MtRHCL/type/fa/id/17.10.
Jos. Habets, ‘Levensschets van Egidius Slanghen’, in: Handelingen en mededeelingen van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden over het jaar 1882-1883.
P.A.H.M. Peeters, Hoensbroek. Bijdrage tot heemkennis (1959).
Egidius Slanghen, De Fransche maire in Nederlandsch kleed gestoken (1867).
A.J. Toussaint, ‘Egidius Slanghen. Burgemeester, historicus en artiest’, in: Steenkool, bedrijfstijdschrift van de Nederlandse steenkoolmijnen, nr. 11 (1952), 332-333.
M. van de Venne, J.Th.H. de Win, P.A.H.M. Peeters, Geschiedenis van Hoensbroek (Hoensbroek 1967).